Om de ranch te kunnen behouden waar haar man en drie van haar kinderen begraven liggen, klampt Annie Gephart zich vast aan een laatste strohalm: een nieuwe echtgenoot. Wie van de vrijgezellen in de stad zou een huwelijksaanzoek willen overwegen van een alledaagse weduwe met een opstandige dochter, een drukke en levendige zoon, en onbetaalde belastingen – zonder haar in het gezicht uit te lachen?

Jacob Hendrix heeft nooit helemaal afstand gedaan van zijn droom om een eigen ranch te bezitten, ook al is hij uiteindelijk marshal geworden van een kleine stad in Wyoming. De baan zou best vol te houden zijn, ware het niet dat hij meer een boodschappenjongen is dan een politieagent. Als Annie hem een aanzoek tot een verstandshuwelijk doet, trekt hem dat zeker aan. Hij zou toch wel dwaas zijn om zo’n prachtig stuk land te laten schieten. Maar mag dat de enige reden zijn om zich te verbinden aan een vrouw die hij nauwelijks kent?

Onbetaalde belastingen zijn echter niet het enige wat een bedreiging vormt voor de plannen van Annie en Jacob. Veedieven, een tanende vriendschap en eigenzinnige kinderen maken dit ‘gemakshuwelijk’ allesbehalve gemakkelijk. Als ze alles kwijtraken waarvoor ze beiden hun eigen leven hebben opgegeven, zal de liefde van een vreemde dan genoeg zijn?